Gezondheid van de Franse Bulldog
Helaas komen er bij de Franse Bulldog nogal wat gezondheidsproblemen voor. Op deze pagina zal ik proberen om er wat meer over te vertellen. Om het overzichtelijk te houden heb ik de gezondheidsproblemen ingedeeld in tabbladen.
Door deze gezondheidsproblemen is maar een klein deel van de Franse Bulldogs geschikt om mee te fokken. De lange lijst aan tabbladen laat de noodzaak aan uitgebreid gezondheidsonderzoek goed zien. De gezondheidsonderzoeken is iets waar wij veel waarde aan hechten.
Helaas zijn er nog steeds veel mensen die een nestje ‘voor de leuk’ doen. Zonder enige voorkennis zoeken ze een reu die er leuk uit ziet, en laten haar dekken. Van testen is vaak geen sprake, niet van de teef maar ook niet bij de reu. Als u naar deze lijst kijkt begrijpt u vast dat dat vaak niet de gezondste bulletjes zullen worden. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, of mensen die gewoon heel veel geluk hebben. Als u op zoek bent naar een Franse Bulldog, laat u dan goed informeren. Vraag aan de fokker wat hij of zij doet om problemen te voorkomen. Een jaarlijkse check up van een dierenarts is niet voldoende om een dier fokgeschikt te verklaren! Een goede fokker kan uitslagen van gezondheidsonderzoeken aan u overleggen. U krijgt een helder koopcontract waarin de rechten en plichten van beide partijen staan. Ook zal een goede fokker u levenslang bijstaan bij eventuele vragen of problemen, en zorgt ervoor dat deze netjes worden opgelost.
Welke gezondheidsonderzoeken wij uitvoeren en waarom, kunt u lezen op deze pagina.
Allergie
Allergieën uiten zich het meest op de huid, en ze worden veroorzaakt door een complexe keten van gebeurtenissen in het immuunsysteem. Tot nu toe is het nog niet volledig duidelijk hoe allergieën ontstaan. Genen lijken een rol te spelen, er word ook vanuit gegaan dat het minstens deels erfelijk is.
Bij een allergie reageert het immuunsysteem overdreven op blootstelling aan bepaalde ‘allergenen’ in de omgeving. Allergenen kunnen heel uiteenlopend zijn, bijvoorbeeld bepaalde proteïnen, pollen, planten, insecten of voeding.
Typen allergieën
1 dier kan aan meerdere typen allergieën lijden, in het algemeen maken we onderscheid tussen 4 typen:
Atopische Dermatitis:
Ook wel atopie genoemd. Vroeger werd er geloofd dat allergenen ingeademd moesten worden om een reactie uit te lokken. Tegenwoordig zijn er veel dermatoloog-dierenartsen die geloven dat het een combinatie is van inhalatie en contact met de huid. Dit is een veel voorkomend probleem bij de Franse Bulldog. Zie hiervoor het tabblad ‘Atopische Dermatitis’ daar word verder hierop ingegaan.
Vlooienallergie:
Dit komt redelijk vaak voor, hier is de hond overgevoelig voor de beet van een vlo. Honden met vlooienallergie bijten en likken vaak de achterste helft van hun lichaam zo veel dat ze kaal worden. Ze hebben vaker hotspots en het is moeilijk om een vlo op deze honden te vinden door de onmiddellijke reactie van het lichaam krabt of bijt de hond direct wanneer de vlo bijt. Er zijn goede behandelingen beschikbaar tegen vlooienallergie, waarvan de belangrijkste preventie is. Een hoog percentage honden met vlooienallergie heeft ook andere allergieën.
Voedselallergie:
Of ook wel voedselintolerantie genoemd. We weten niet hoe groot het percentage honden is wat hieraan lijdt. Er zijn meerdere aandoeningen die dezelfde symptomen kunnen uiten. Helaas is er geen goede manier om deze aandoeningen van elkaar te kunnen onderscheiden. Honden met voedselallergie kunnen huidproblemen hebben, maar ook problemen met de maag en darmen. Het beste is om deze honden op een hypoallergeen of een eliminatiedieet te zetten.
Contactallergie:
De beste vergelijking met een contactallergie is om het te vergelijken met de plant Berenklauw en het effect op de mens. Bij contact met de plant ontstaan er rode, branderige vlekken op de huid die kunnen uitgroeien tot grote blaren. De volgende keer als diegene in contact komt met Berenklauw zal de reactie nog heftiger zijn. Lang dachten onderzoekers dat contactallergie bij honden zeldzaam was, omdat honden bedekt zijn met haar.
Naast de normale symptomen bij een hond met allergie komt er vaak nog een secundaire (huid)infectie bij. Er lijkt een sterk verband te zijn tussen allergieën en het krijgen van huidinfecties. De weerstand van de huid is zo laag dat de infecties sneller de kans krijgen om de kop op te steken. De infecties komen vaak terug en kunnen klachten veroorzaken die soms nog erger zijn als de klachten die bij de allergie horen. Het is belangrijk dat er goed word uitgezocht welke infectie de hond heeft, zodat deze goed bestreden kan worden samen met de allergieklachten. De grootste veroorzakers van secundaire infecties zijn:
Stafylokokken infectie
Deze zijn het meest voorkomend bij honden met allergieën. De stafylokokken infectie kan niet overgedragen worden tussen honden of tussen de eigenaar en de hond. Symptomen zijn puisten, jeuk, hotspots, vlekkerige gebieden met haarverlies en vaak verergert de jeuk. Vaak worden deze klachten gezien op de buik en lies regio, de onderkant van de borst, de poten en oren. Voor een diagnose is een schraapsel van de huid nodig, en daarna zal er een antibioticakuur nodig zijn.
Gistinfectie
Ook deze komen vaak voor als secundaire infectie. Ze komen vaak voor in vochtigere gebieden. Gistinfecties bij de hond zijn niet hetzelfde als bij de mens. De gisten lijken te houden van vettere plekken op de huid, die ook nog eens vochtiger zijn. Zoals bij de nek en kin, de oksels, het lipgebied, de oren en tussen de tenen. Gist kan flinke jeuk veroorzaken, zelfs als het geen heftige infectie is. Er zijn speciale shampoos op de markt die gisten doodmaken, maar een antibioticakuur of zalf is vaak nodig om de gisten te doden.
Combinatie infectie
Een combinatie van beide bovenstaande infecties word ook gezien bij honden die allergisch zijn. Zaak is dan om degene welke de meeste klachten veroorzaakt als eerste te behandelen.
Uitgebreide informatie of atopische dermatitis is geschreven in het tabblad ‘Atopische Dermatitis’. Hieronder wil ik graag nog wat verder in gaan op een allergie.
Irritatieplekken op de borst
Contactallergie
Voor een lange tijd werd dit als zeldzaam gezien, deels omdat het moeilijk is om een diagnose te stellen voor een contactallergie. Veel honden kauwen op de poten, specifiek de onderkant met roodheid en zelfs zweren tot gevolg. Dit komt omdat de voeten vaak het meest in contact zijn met het allergeen. Vaak hebben ze ook problemen op de onderkant van de borst en op de buik. Veel honden hebben ook uitslag op de lippen, dit komt omdat de allergenen door het kauwen op de poten overgedragen worden naar de bek.
Diagnose
Één van de redenen waarom dit soort allergie vaak niet herkend word, is omdat er geen test voor bestaat welke 100% zekerheid geeft. Vaak bestaat de therapie uit eliminatie van mogelijke allergenen, zoals een ander wasmiddel gebruiken. De tweede methode is de plakproef. Er worden verdachte allergenen geplaatst op een plakker op de geschoren huid, deze blijven 48 uur zitten. De hond mag niet aan de plakker zitten. Na 48 uur word de huid onderzocht op reacties op de plakkers met allergenen.
Behandeling
De behandeling van contactallergie bestaat uit vermijden van de verantwoordelijke allergenen. Een allergie word opgebouwd, dus elke keer als de hond in contact komt met het allergeen zal de reactie verergeren. Een behandeling met steroïden wordt soms aangeraden, maar dit is vaak geen goede langetermijn oplossing. Het lastigste aan een contactallergie is de toewijding van de eigenaar. Het is onwaarschijnlijk dat de hond over de allergie heen zal groeien, dus is er een levenslange aandacht voor nodig.
Samenvattend
Het probleem word hier kort besproken, op niet elke allergie word dieper ingegaan. Alhoewel er veel nieuwe antihistamines zijn ontwikkeld voor mensen, loopt de diergeneeskunde daar helaas op achter. De histamines die bij mensen werken werken helaas niet bij honden. Het is veelbelovend dat onderzoekers voor de mens blijven zoeken naar een remedie voor allergieën. Wie weet kan de diergeneeskunde hier ook op vooruit gaan bij de behandeling van allergieën bij honden.
Atopische Dermatitis
Atopische dermatitis is een allergie van de huid. Het word veroorzaakt door een overactief immuunsysteem bij bepaalde veelvoorkomende stoffen, zoals bijvoorbeeld huisstofmijt. Het komt veel voor bij de Franse Bulldog. In het tabblad ‘Allergie’ staat algemene informatie over de typen allergie die voorkomen bij de hond.
Het immuunsysteem van een hond maakt receptoren en antilichamen aan voor elke stof die niet lichaamseigen is. Elke antistof word specifiek gemaakt voor elke stof. Er zijn verschillende soorten antistoffen. IgG is bijvoorbeeld betrokken bij de bescherming tegen virussen, waar IgE betrokken is bij de bescherming tegen parasieten. IgE is ook het type antistoffen dat invloed heeft op atopische dermatitis. IgE zijn gespecialiseerde cellen in de huid die wachten op contact met een bepaald soort proteïne. Als de proteïne gelokaliseerd word, misschien veroorzaakt door een mijt, laat de cel chemische stoffen vrij die de indringer proberen te vernietigen. Bij atopische dieren is dit systeem oversensitief en de chemische stoffen werken niet naar behoren. De cellen reageren te gevoelig op elke lichaamsvreemde stof zoals pollen, schimmels of huisstofmijt.
Bij een allergie die tot uiting komt, moet een hond eerst ‘allergisch’zijn, en dan blootgesteld worden aan de stof waaraan ze de abnormale reactie op geven. De grootste veroorzaker is meestal huisstofmijt. Deze kleine beestjes leven in onze huizen, tapijten, bedden en alle zachte stoffen. Ze voeden zich met dode huidcellen die wij, mens en dier, overal achterlaten. De ontlasting van de huisstofmijt is hetgene wat de meeste allergenen bevat. Honden worden ook allergisch voor pollen of schimmels, maar omdat de blootstelling daaraan een stuk minder is komen deze allergieën minder voor.
Een andere bekende factor bij atopie zijn bepaalde infecties die opgelopen zijn als baby of peuter. Bij kinderen is het aangetoond dat kinderen met veel luchtweginfecties op jonge leeftijd, minder allergieklachten vertonen. Bij honden is dit effect nog niet bekend.
Symptomen.
Atopische Dermatitis komt vaak tot uiting in de eerst 2 levensjaren. Eigenaren kunnen opmerken dat de hond veel likt of kauwt aan de poten, buik en anusgebied. De oren kunnen rood zijn en warm aanvoelen zonder dat er beschadigingen te zien zijn. Vaak zijn bij deze honden al voor de leeftijd van 1,5 jaar al subtiele klachten gezien. De huid ziet er normaal uit, maar er worden ook huid- en oorontstekingen gezien, en ook jeuk. Vaak uiten deze klachten zich los van elkaar, waardoor het verband ertussen vaak niet gezien word. Pas wanneer de klachten verergeren en regelmatiger terugkomen, zien we dat de jeuk vooral erger en frequenter terug komt. Anti-jeuk therapie word noodzakelijk, de jeuk domineert het leven van de hond. Klachten die komen met toenemende jeuk zijn ook kaalheid, roodheid en verdikking van de huid en scundaire infecties zijn haast niet te voorkomen.
Veel honden worden gestraft als ze krabben. Onbewust leert de hond dan om stiekem te krabben en te bijten. Gelukkig zijn er wel tekenen waaraan je dit kunt zien. Speekselverkleuring is hier 1 van. Een roodbruine verkleuring van lichter gekleurde haren word vaak gezien in de oksels en tussen de tenen. Bij langdurige speekselverkleuring zal de huid ook van kleur veranderen. In plaats van rose zal er een zwarte gloed te zien zijn (hyperpigmentatie), dit ontwikkelt zich langzaam.
Diagnose
Op dit moment bestaat er geen definitieve test welke 100% zekerheid geeft over atopische dematitis. Dierenartsen kunnen daarom alleen een vermoeden van de ziekte uitspreken nadat nadere oorzaken onderzocht zijn. Andere oorzaken kunnen zijn; vlooien, infecties of andere typen allergieën. Elke hond krijgt wel eens in zijn leven vlooien, maar honden met atopische dermatitis hebben vaak ook een vlooienallergie.
Voedselallergie kan ook een oorzaak zijn van een slechte huid. Voedselallergie kan ook voorkomen bij honden met een vlooienallergie of atopische dermatitis.
Bacteriële infecties kunnen nog meer klachten veroorzaken, en een hond met atopische dermatitis is gevoeliger voor huidinfecties. De huid heeft geen enkele weerstand, dus een infectie is zo gebeurd.
Gistinfecties (over het algemeen Malessezia infecties) veroorzaken roodheid, vettigheid en stank op de huid.
Er word ook wel eens een huidtest uitgevoerd. Hiervoor worden verdachte allergenen in de huid ingespoten en na 20 minuten word er gekeken of er een reactie zichtbaar is.
Behandeling
Bij atopische honden is het belangrijk dat er naar de complete situatie gekeken word, omdat er vaak secundaire problemen voorkomen. Infecties moeten zo veel mogelijk voorkomen worden, dit kan met speciale shampoos of antibiotica. Corticosteroïden (Prednison) worden vaak langdurig gegeven om infecties te bestrijden en klachten te verminderen. Er word ook soms een desensibilisatiekuur voorgeschreven, als de allergenen aangetoond kunnen worden. Honden met veel jeuk kunnen zelfs depressief raken.
De vermijding van allergenen is een van de belangrijkste behandelingen.
Fokken
Studies laten zien dat wanneer (1 van de) de ouderdieren aan atopische dermatitis lijden, ongeveer 60% van de nakomelingen ook tekenen hiervan vertoont. Wanneer 2 gezonde ouderdieren gecombineerd worden, word de kans gereduceerd tot 10%. Atopische dermatitis zou vrijwel geheel uitgebannen kunnen worden door een goede selectie van ouderdieren. Ondanks dat een diagnose bij een mild geval lastig te stellen is, moet er rekening mee gehouden worden bij de inzet van dat dier voor de fok.
BOS Syndroom – Brachycephaal obstructief syndroom
De Franse Bulldog behoort tot de Brachycephale rassen. Brachycephaal betekent kortsnuitig of kortschedelig.
Bij brachycephale honden heeft overdreven en verkeerde selectie geleid tot een extreem kort neus, die bijna afwezig is.
Brachycephaal obstructief syndroom betekent dat de hond moeite heeft met ademhalen.
Veel eigenaren beseffen niet hoe erg hun hond lijdt. Het moet niet zo zijn dat diergeneeskunde nodig is om een hond een essentieel deel van leven te kunnen geven: Lucht!
Het Brachycefaal Syndroom is een complex van aandoeningen aan de voorste luchtwegen. Ze kunnen allemaal bij hetzelfde dier tegelijk voorkomen maar dat hoeft niet, of in ieder geval niet die mate dat ze allemaal klinische klachten veroorzaken. De anatomische afwijkingen die tot de moeilijke ademhaling leiden zijn
• Vernauwde neusgaten
• Te lang en/of dik zacht gehemelte
• Vergrote amandelen
• Afwijkende bouw van de larynx
• Te smalle luchtpijp (trachea hypoplasie)
Helaas zijn wij als mens schuldig aan dit syndroom. Door te blijven fokken op een zo kort mogelijke snuit, blijven deze anatomische kenmerken aanwezig en dus ook de gevolgen daarvan. Het is een erfelijk bepaald probleem.
Symptomen variëren in ernst afhankelijk van de afwijkingen, maar de meeste brachycefale rassen snurken in meer of mindere mate. Hoewel dit vaak door mensen als “grappig” wordt bestempeld hebben deze honden wel degelijk moeite met ademen! Andere symptomen zijn:
• Rochelende ademhaling
• Benauwdheid bij inspanning en opwinding
• Kans op oververhitting bij warm weer in combinatie met inspanning
• Hoesten
• Kokhalzen
• Ernstige ademnood, zelfs met bewustzijnsverlies en sterfte tot gevolg. Hoewel veel honden zonder al te veel problemen een redelijk probleemloos leven kunnen leiden, kunnen problemen in ernst toenemen!
Gevaren voor honden met BOS
Oververhitting: Hijgen bij warm weer is een normaal mechanisme voor honden om af te koelen. Maar bij honden met BOS kan veel hijgen leiden tot extra zwelling van de voorste luchtwegen waardoor de al moeilijke ademhaling steeds meer ernstiger wordt. Opwinding, inspanning en hitte, en vooral een combinatie hiervan kan ernstig zuurstof tekort en oververhitting veroorzaken. Wanneer dit optreedt zijn deze patiënten absoluut spoedgevallen.
Anesthesierisico: Brachycefale honden hebben een verhoogd narcoserisico (kans op verdere obstructie van de luchtwegen). Doormiddel van extra maatregelen rondom de narcose en een goede bewaking, is de kans op complicaties van de narcose nihil. Het belangrijkste hierin is dat een brachycefale hond nooit onder narcose gebracht mag worden zonder de luchtweg te intuberen.
Hoe wordt BOS gediagnosticeerd?
Met het verhaal van de respiratieproblemen en een lichamelijk onderzoek komen we een heel eind. Bij honden met duidelijk hoorbare ademhaling kan uw dierenarts zelf beginnen over eventuele gevaren en een plan om duidelijkheid te krijgen van de ernst van de problemen.
Bij klinische klachten als kokhalzen en ernstige benauwdheid is het noodzakelijk de hond onder sedatie te brengen voor een uitgebreide keelinspectie. Zo kan de lengte van het zachte verhemelte, de tonsillen en de vorm van de larynx beoordeeld worden. Een te smalle luchtpijp kan alleen goed met een röntgenfoto beoordeeld worden.
Behandeling van BOS
Milde gevallen: Zoals gezegd komt het gesnurk bij veel brachycefale honden zo vaak voor dat het als normaal en zelfs als “grappig” gezien wordt. Toch hebben deze honden een bemoeilijkte ademhaling en bovendien een verhoogd risico bij inspanning, stress en warmte. Bij milde gevallen kan een kleine ingreep waarbij de neusvleugels worden ingekort tot veel verbetering leiden.
Ernstigere gevallen: Bij ernstigere en regelmatige klinische klachten van flauwvallen, hoesten en kokhalzen is de behandeling afhankelijk van de ernst van de afwijkingen. Inkorten van de neusvleugels en inkorten van het zachte verhemelte kan bij deze patiënten tot drastische verbeteringen leiden. Een te nauwe luchtpijp kan helaas niet behandeld worden.
Spoedgevallen: Bij patiënten in acute stress zijn zuurstoftherapie, corticosteroïden en eventueel koeling belangrijke elementen van behandeling. Na stabilisatie van de patiënt zijn de chirurgische ingrepen aan de neusvleugels en zachte verhemelte geïndiceerd.
Hieronder een video die goed laat zien wat een te lang zacht gehemelte is en hoe het gehemelte eruit ziet na chirurgie.
Preventie van problemen bij BOS
Extra voorzichtigheid is geboden bij extreme inspanning, warmte en stress. Een brachycefale hond laten inspannen tijdens een hete zomerdag is vragen om problemen. Overgewicht dient te allen tijde voorkomen te worden omdat de obstructie van de luchtwegen bij overgewicht ernstiger is.
Honden waarbij chirurgische ingrepen nodig zijn (of zijn geweest) dienen te worden uitgesloten bij de fok en zouden bij voorkeur gesteriliseerd/gecastreerd moeten worden!
Aanpassing van de rasstandaard, waarbij niet meer op een zo kort mogelijke snuit gefokt wordt, is noodzakelijk om een structurele oplossing voor de problemen te zorgen!
Keizersnede
Een gezonde hond begint bij de selectie van de ouderdieren. Het doel van een fokker hoort een natuurlijke dekking, goede dracht en een natuurlijke bevalling te zijn. Een zware geboorte of zelfs een keizersnede zou uitzondering moeten zijn, en niet regel. Zoals nu bij veel Franse Bulldog fokkers helaas het geval is.
Franse (en Engelse) Bulldoggen staan bekend om problemen tijdens de bevalling. Dat komt door vaak een te nauw bekken en grote koppen bij de pups. Het vermogen om natuurlijk pups op de wereld te zetten moet een hoge prioriteit hebben in elk fokprogramma. Dit kan alleen door extreme uiterlijkheden tot een minimum te beperken.
Het is absoluut noodzakelijk dat fokkers hun fokdieren selecteren op niet alleen uiterlijkheden, maar ook op instinct en een afdoende brede bekkendoorgang.
Studies wijzen uit dat de bekkendoorgang van de Franse Bulldog gemiddeld tussen de 28,8 en 43,6 mm varieert. De hoofden van de pasgeboren pups meten tussen de 30,3 en 38,6 mm. Het is duidelijk dat problemen tijdens geboorte onvermijdelijk zijn, met zulke statistieken. Helaas vinden veel Franse Bulldog fokkers en verenigingen de moeilijkheden bij de bevalling heel normaal, terwijl meer dan 80% van de geboortes eindigen in een (geplande) keizersnede. In sommige landen gebeurt een keizersnede onder alleen lokale verdoving, pure mishandeling voor de moederhond! Dat heeft niets meer te maken met honden fokken.
Het is gebruikelijk dat na 2 keizersnedes het teefje geen pups meer krijgt. Een teefje wat normale bevallingen kan mag tot 5 nesten krijgen. Dat komt omdat een keizersnede een enorme aanslag is op het lichaam van een teefje! De teefjes worden uit de fok gehaald en gesteriliseerd. Wij vinden dat keizersnedes officieel geregistreerd zouden moeten worden bij de stambomen van de ouderdieren. Nu kunnen we alleen maar hopen dat de fokker de waarheid spreekt.. Als de keizersnede uitgevoerd moest worden door weeënzwakte van de moeder, is dat erg belangrijk om te weten. Weeënzwakte kan erfelijk zijn.
In de Franse Bulldog word vaak geselecteerd op ouderhonden die extreme raskenmerken hebben. De korte, brede, compacte Bullen worden vaak hooggeplaatst door de keurmeesters op shows. Maar extreme uiterlijkheden leiden vaak tot ernstige misvormingen in de rug en daarbij ook het bekken. Dit leidt onherroepelijk tot moeilijkheden tijdens de geboorte en daarom moet het meegenomen worden in de selectiecriteria voor fokdieren. De korte, compacte Franse Bulldoggen zijn natuurlijk leuk om naar te kijken, maar vaak zijn dat juist de teefjes die moeilijkheden hebben bij de natuurlijke geboorte. De vorm die nagestreefd word is een brede borst met een grote kop en een klein achterlijf. Geen ideale lichaamsvorm om pups te baren, je hoeft geen arts te zijn om te snappen waarom.
Hoe korter en breder honden zijn, hoe waarschijnlijker ze bewegingsmoeilijkheden hebben door de korte wervelkolom. Hoe korter een Franse Bulldog is in de rug, des te minder ruimte hebben de pups binnenin de moeder. Door het gebrek aan ruimte worden de nesten kleiner, maar de individuele pups groter. Een klein aantal pups, maar groot van formaat geeft moeilijkere bevalling natuurlijk.
Het risico op grote pups word al veel kleiner als er binnenin de baarmoeder van het teefje genoeg ruimte is voor 4 tot 6 pups, een normale gemiddelde nestgrootte voor een Franse Bulldog. Een overtypische Franse Bulldog kan van deze grote massa niet bevallen zonder schade. Sommige fokkers vinden het al normaal dat de moederhond 2 weken voor de geboorte al geen normaal voedsel meer kan eten. Ze hebben simpelweg geen ruimte in de buik voor een volle maag..
Door een goede selectie bij de ouderdieren, een teefje wat anatomisch al meer kans heeft op een normale bevalling, kan er veel leed in de toekomst bespaard blijven. Het moge duidelijk zijn dat er bij een teefje wat zich niet laat dekken, of wat niet drachtig kan raken NIET gegrepen moet worden naar kunstmatige manieren van bevruchting. Instinct, en dus ook de drang naar voortplanting, is erfelijk!
Oogafwijkingen
Hieronder worden de meest voorkomende oogafwijkingen besproken.
Erfelijke Cataract
Erfelijke cataract (staar) onderscheidt zich van ouderdomsstaar door de leeftijd waarop het verkregen word. Een oog met cataract heeft een troebelheid in de lens van het oog. De functie van die lens is om licht te onderscheiden en er een beeld van te vormen op het netvlies. Als de lens troebel word kan minder licht het oog binnenkomen, hierdoor vermindert het zicht.
Dit type cataract zal al op een vroege leeftijd naar voren komen en meestal is het erfelijk bepaald. Erfelijke Cataract kan in 1 of in beiden ogen voorkomen, en dit kan opspelen op verschillende momenten. Er is geen bewijs dat de oogkleur een rol speelt. Veel honden met Erfelijke Cataract kunnen een normaal leven leiden, wanneer ze ouder worden zal de Cataract het zicht dramatisch verminderen. Helaas kan soms de Cataract ook zo ernstig zijn dat de hond op jonge leeftijd blind raakt. Gelukkig is er een DNA test voor beschikbaar bij de Franse Bulldog. De HSF-4 DNA test, dit is een simpele test, gedaan met wangslijm. Er is (nog) geen behandeling tegen deze ziekte.
Progressieve Retina Atropie
Distichiasis
Het derde ooglid zal rood en gezwollen zijn, en te zien zijn in de binnenste ooghoek. De Cherry Eye kan zo groot zijn dat het constant een flink stuk van het oog bedekt, maar ook klein tijdelijk zijn. Elk teken van cherry eye zou nagekeken moeten worden door een dierenarts.
Normaal gesproken is de klier van het derde ooglid verankerd aan de onderste oogrand met een klein ligament. In bepaalde rassen kan die verbinding zwak zijn, en de klier ‘plopt’ dan naar buiten. Het komt vaak voor bij brachycephale rassen, en dus ook bij de Franse Bulldog.
Vaak is er een operatie nodig om de cherry eye te verhelpen. Het is belangrijk om een cherry eye zo snel mogelijk te behandelen, zo word eventuele schade tot een minimum beperkt. Dit is erg belangrijk want de klier in het derde ooglid produceert meer als 50% van het traanvocht. Zonder traanvocht zal de hond droge ogen krijgen.
Skeletafwijkingen
In de tabbladen onder deze zullen verschillende skeletafwijkingen uitgelegd worden. Helaas zijn het er te veel om in 1 tabblad te zetten.
Anatomie van de wervels
De wervels zijn belangrijk voor de stabiliteit van de gehele rug. Bij de Franse Bulldog komen helaas nogal eens wat rugafwijkingen voor. Daarom wil ik ook graag een overzicht laten zien van afwijkingen die kunnen voorkomen in de ruggenwervels. In de tabbladen onder dit tabblad ga ik wat verder in op de aandoeningen.
Allereerst moeten we de verdeling in de rug begrijpen. De wervelkolom kan ruwweg verdeeld worden in 3 gedeeltes. De cervicale wervels, thoraxwervels en lendenwervels. Het cervicale gedeelte bestaat uit 7 wervels. Deze worden ook wel nekwervels genoemd. De thoraxwervels tellen 13 wervels, welke de borstkas vormen. De lendenwervels bestaan uit 7 stuks. Na die 7 wervels komen nog 3 kruisbeenwervels. Deze vergroeien na de geboorte en vormen het kruisbeen in het bekken. Een hond met een normale staart heeft daarachter tussen de 20 en 23 caudale wervels. Dit zijn de wervels die de staart vormen. Idealiter heeft een Franse Bulldog 5 caudale wervels.
Het is belangrijk voor honden om de stabiliteit van de rug te behouden, met zo min mogelijk afwijkingen. Daarom röntgenen wij onze honden ook voordat we besluiten ermee te gaan fokken. Door de compacte anatomie van de Franse Bulldog is het bijna onmogelijk om een rug te krijgen zonder afwijkingen. Gelukkig kunnen we via röntgenfoto’s al een heel goed beeld krijgen van de wervelkolom.
Graag leg ik uit hoe afwijkingen te zien zijn. Zodat kan iemand die er geen verstand van heeft en bij een fokker een röntgenfoto onder ogen krijgt toch een beeld krijgen van de gezondheid van de wervelkolom van die hond. Afwijkingen zijn best goed te zien, als je maar weet waarop je moet letten.
Simpel gezegd, een gezonde ruggenwervel heeft de vorm van een rechthoek. Een afwijkende wervel heeft de vorm van een trapezium tot een driehoek. Deze wervels zorgen ervoor dat de wervelkolom niet meer mooi in een rechte lijn doorloopt. Hierdoor missen de afwijkende wervels en de wervels direct eromheen de steun van elkaar. Dit heeft soms ook effect op de tussenwervelschijven, en op de randen van de naastgelegen wervels.
Deze afwijkende wervels hebben gelukkig in de thoraxwervels vaak weinig gevolgen. De borst is stevig ondersteund door spiermassa en de schouders. Afwijkingen in het overgangsgebied van thorax- naar lendenwervels hebben al meer gevolgen. Afwijkingen in de lendenwervels moeten absoluut vermeden worden, deze geven de meeste problemen. Een hond beweegt van nature meer in dat gebied, en er komen andere krachten op deze wervels te staan als op de thoraxwervels. Afhankelijk van de mate van de afwijking, kunnen afwijkende ruggenwervels leiden tot problemen zoals hernia’s, rugpijn, neurologische klachten en gevoelsverlies.
Op de röntgenfoto hieronder zie je een stukje mooie ruggenwervels en een rechte rug. Dit is een gezonde wervelkolom, zoals het normaal zou moeten zijn en haalbaar voor een Franse Bulldog met normale proporties. Dit is niet haalbaar voor een overtypische Franse Bulldog!
De wervelkolom ziet er stabiel en uniform uit, de wervels zijn afzonderlijk goed te onderscheiden. De ruimtes onderaan de wervels zijn ‘open’, er is geen indicatie voor spondylose (zie ook had tabblad Spondylose). De ruimtes tussen de wervels zijn donker, dit is een indicatie dat de tussenwervelschijven in orde zijn en niet gecalcificeerd. Deze hond heeft ook een mooie, rechte staart.
Hieronder nog een röntgenfoto. Er zijn al zichtbare afwijkingen in de wervels, maar voor een Franse Bulldog is deze wervelkolom erg mooi. Deze hond is 6 jaar oud en heeft geen klachten. Zijn rug is flexibel en zijn spieren zijn zacht, zonder overmatige spanning.
En nóg een röntgenfoto om te vergelijken met die van hierboven.Hieronder zie je samengedrukte wervels, waarvan veel hemivertebrae zijn. Het word hier al moeilijker om afzonderlijke wervels te onderscheiden. Bovenop de thoraxwervels zie je de uitsteeksels. elke thoraxwervel heeft zo’n uitsteeksel. 2 ervan zitten tegen elkaar aan. Dit fenomeen word ‘Kissing Spine’genoemd.
Ernstiger word het wanneer de hemivertebrae in de overgangsregio zitten van thorax- naar lendenwervels, of zelfs verderop in de lendenwervels. Complicaties later in het leven van de hond zijn haast onvermijdbaar. Op deze plaatsen vormt zich vaak artrose of schade aan de zenuwen.
Een stabiele rug van een Franse Bulldog zou geen spondylose mogen vertonen. Zelfs grote veranderingen in de overgang van thorax- naar lendenwervels en in de lendenwervels zelf zouden niet voor moeten komen.
Zelfs een Franse Bulldog zonder afwijkingen in de wervels kan pijn lijden als de tussenwervelschijven gecalcificeerd en verhard zijn. Deze gecalcificeerde tussenwervelschijven kunnen problemen veroorzaken in de rug, ook kunnen ze pijnlijk zijn. Ze zijn goed te zien on een röntgenfoto, zoals je hieronder kunt zien.
Een niet te korte en goedgefokte Franse Bulldog heeft een goede balans en kan zeer goed bewegen door de flexibele rug.
Chondrodystrofie
Chondrodystrofie word ook wel dwerggroei genoemd. De Franse Bulldog is een dwergras. Een gevolg van dwerggroei kan zijn dat de tussenwervelschijven sneller calcificeren en ook beïnvloedt het de slijtage van het skelet.
Verlies van stabiliteit en flexibiliteit is een gevolg hiervan. De bijgevolgen daarvan zijn hernia’s en stijve ruggen. Als deze te laat ontdekt worden kunnen ze grote gevolgen hebben.
De calcificatie van de tussenwervelschijven gebeurd vaak al bij relatief jonge honden. Ook is er een verband met de ontwikkeling van HD. Het gewicht word constant verplaatst van het midden van de wervelkolom naar het voorste gedeelte. Dit vergroot de problemen alleen maar. Als de thoraxwervels al enigszins samengedrukt zijn verliest de wervelkolom hierdoor al stabiliteit. Calcificatie van het borst- naar lendengedeelte maakt de rug alleen maar stijver. Door de poreuze tussenwervelschijven word de rug erg verzwakt. Het is een vicieuze cirkel en een tikkende tijdbom in te veel Franse Bulldoggen!
Deze verschijnselen zijn op een leeftijd van 12-15 maanden al zichtbaar op een röntgenfoto. Helaas zijn röntgenfoto’s niet verplicht voor het fokken met de Franse Bulldog en soms worden dieren ook al ingezet in de fok voor ze deze leeftijd bereikt hebben (!). Helaas hebben ze vaak al nageslacht als de aandoening naar buiten komt. Het advies is daarom ook om te wachten met het inzetten van fokdieren tot ze een leeftijd hebben van 2 jaar.
Zelfs een Franse Bulldog zonder hemivertebrae kan gecalcificeerde ruggenwervels hebben, en dit dus ook doorgeven aan de pups!
De botten van onderzochte Franse Bulldoggen laten een enorme toename zien in dichtheid. In een 14 kilogram zware hond is geen botdichtheid nodig van een Duitse Herder. Het is niet logisch, en in de natuur zouden deze dieren uitgeselecteerd worden.
Hieronder is een vergelijking te zien.
Links een 2 jarige reu, afstammingsbewijs, HD A.
Rechts een 11 maanden oud teefje, FCI stamboom, HD D.
Vaak word dit probleem door fokkers genegeerd, maar het is overtypering en het zou vermeden moeten worden!
Een Franse Bulldog met een lichter skelet is wendbaarder. Een hond zou met zijn hoofd richting het bekken moeten kunnen komen. Als alles in elkaar gedrukt is lukt dat niet.
De Franse Bulldog is in de laatste jaren gemuteerd tot een mini-mastiff. Je kunt de terriër voorouders er niet meer in herkennen. Zonder gezondheidsoverwegingen zouden we nog kunnen discussieren over welk type het mooist is. Maar een hond die lijdt onder zijn lichaam, die niets meer kan uitdrukken, niet meer vrij kan bewegen zou niemand moeten willen. Liefhebbers zouden zonder enige discussie naar een gezonder type Franse Bulldog moeten streven. Niemand wil toch een hond die ongelukkig is in zijn eigen lichaam..?!
Degeneratieve Myelopathie
Degeneratieve Myelopathie (DM) is een fatale progressieve neurologische aandoening van het ruggenmerg bij honden, vergelijkbaar met ALS bij mensen. De ziekte heeft een verraderlijk begin en vangt meestal aan vanaf de leeftijd van 6 jaar. Vanaf de eerste tekenen tot het einde verloopt meestal 6 tot 18 maanden.
DNA
Op 15 juli 2008 is het gen, verantwoordelijk voor DM, gevonden in 43 hondenrassen. De ziekte wordt helaas ook gezien bij de Franse Bulldog. Een DNA test is nu beschikbaar door middel van een zogenaamde “wangswab”.
Er zijn 3 uitslagen mogelijk:
A/A Lijder
N/A Drager
N/N Vrij
Dragers en vrije honden zullen de ziekte niet ontwikkelen, lijders kunnen de ziekte wel ontwikkelen. Met honden die drager of lijder zijn kan wel gefokt worden, mits de partner vrij is. Zo zorg je ervoor dat er geen lijders geboren worden. Als fokker kun je ook de pups testen, de test kan al gedaan worden bij pups van enkele dagen oud.
Symptomen
Degeneratieve Myelopathy begint met zwakte en coördinatieverlies in de achterste ledematen. Eerst een poot en later de andere poot. De hond gaat slepen en waggelen met de achterpoten en struikelen. De nagels slijten en beschadiging van de poot kunnen volgen, waarna mogelijk infecties kunnen optreden. Later, als de verlamming verergert, valt de hond om, vooral op een gladde ondergrond. Lopen wordt steeds moeilijker. Een hond in goede conditie kan echter nog wel rennen (zolang de tweede poot nog bruikbaar is). Incontinentie betekent meestal dat het einde nabij is. Uiteindelijk worden de vitale organen aangetast. Het verloop van de ziekte is afhankelijk van de fysieke conditie en omgevingsfactoren. De hond wordt meestal stressgevoelig.
Oorzaak
In het ruggenmerg lopen de zenuwbanen welke de spieren aansturen. Deze zenuwen liggen in bundels gegroepeerd in de zogenoemde “witte stof”. Deze witte stof wordt aangetast, de isolatie (myeline) van de zenuwen verdwijnt en de zenuwen sterven af, waardoor de aansturing van de spieren steeds minder wordt. Dit wordt veroorzaakt door een mutatie in een gen en het al dan niet aanwezig zijn van een bepaald allel.
Diagnose
De diagnose gebeurt door middel van eliminatie. Er kunnen meerdere oorzaken zijn voor de uiterlijke kenmerken van DM, zoals onder andere hernia, spondylose, tumor, cyste, infecties of hartaanval. Er kan een EMG, CT scan en/of MRI scan worden gemaakt. Geeft dit geen resultaat, en is de DNA test positief, dan wordt de diagnose DM gesteld. De definitieve diagnose is slechts mogelijk door middel van een autopsie.
Behandeling
Er bestaat geen behandeling welke DM tot stilstand brengt. Echter, soms is het mogelijk de ziekte te vertragen. De verschillende behandelingen welke op het internet worden aanbevolen zijn zonder wetenschappelijk gemeten resultaat. Training bevordert de spieropbouw van de nog bruikbare spieren, waardoor de hond langer mobiel blijft. Aanbevolen is training, bijvoorbeeld wandelen (niet slenteren) en zwemmen.
Hieronder zie je een filmpje van een hond van 7 jaar met Degeneratieve Myelopathie.
Hemivertebrae
Helaas weten we nog niet precies hoe hemivertebrae vererft. Wel staat vast dat het erfelijk is. Ook gebruiken fokkers wel eens het argument: ‘Uit een goede rug kunnen ook slechte ruggen voortkomen.’ Alsof dat rechtvaardigt om helemaal niet meer op de gezondheid van de wervelkolom te letten bij selectie voor de fok..
Een gezonde ruglengte reduceert het risico op afwijkingen van de wervels enorm. Het verschil in ruglengte in deze 2 honden is duidelijk te zien, ze zijn even oud.
Hemivertebrae is een Latijns woord voor veranderde wervel.
Een hemivertebrae is een misvorming van een ruggewervel. Afwijkingen zoals ongelijke ‘afplatting’ van de wervels, waardoor deze driehoekig van vorm worden. Een normaal gevormde wervel is rechthoekig, de lange kant horizontaal.
We verwijzen naar wervels met de eerste letter van welk gedeelte ze in de rug zitten, gevolgd door een cijfer. In het voorbeeld hieronder ziet u borstwervels, deze beginnen met de T van thorax, T8 is dus de achtste borstwervel. De lendenwervels beginnen met een L.
Ik denk dat het ook belangrijk is om röntgenfoto’s te laten zien hoe een gezondere rug er dan uit hoort te zien.
Hieronder volgt een serie röntgenfoto’s van Franse Bulldoggen met een betere rug. Helaas zien we binnen het ras veel afwijkende wervels, en niet goed ontwikkelde wervels in de staart. Door goede selectie hoop ik dat dat in de toekomst een stuk minder zal worden. Wel moeten we in gedachten houden dat elke hond van elk ras wel ‘iets’ heeft. De perfecte rug, en de perfecte hond, bestaat niet.
Ben je op zoek naar een pup, vergelijk de röntgenbeelden van de ouders dan met de beelden die ik hier laat zien. Als een fokker zegt dat de honden geröntgend worden wil dat niet zeggen dat er een goede uitkomst van die foto’s geweest is!
Ik heb al veel röntgenbeelden voorbij zien komen van eigenaren die riepen dat hun hond ‘vrij’ was van afwijkingen. Vaak zijn er dan toch afwijkingen op te zien. Sommige fokkers gaan uit van wat anderen zeggen en weten zelf niet hoe een afwijkende wervel er uit ziet. Daarom wil ik graag deze beelden laten zien, voor degenen die de wervelproblemen aan willen pakken. Zo kun je zelf een oordeel vormen en ben je niet van anderen afhankelijk!
En hieronder een röntgenfoto van een hond die niet zo veel geluk had. Zie ook het tabblad ‘Anatomie van de wervels’
Ter vergelijking met de röntgenfoto’s die ik hierboven liet zien van Franse Bulldoggen met mooie ruggewervels. Hieronder een teefje, wat veel afwijkingen heeft in de borstwervels. De afwijkingen zijn ook te zien in de overgang van borst- naar lendenwervels. Er zijn kissing spines te zien (zie ook het tabblad Anatomie van de wervels) en nog veel meer. De borstkas is zo kort en breed gefokt, dat de wervels bijna niet meer van elkaar te onderscheiden zijn. Dit kan niet geopereerd worden, maar waarschijnlijk heeft dit teefje pijn.
Hieronder een hond met een stabiele rug, waarin minieme afwijkingen te vinden zijn.
Hemivertebrae zijn afwijkingen in de ruggenwervel die aangeboren zijn. Ze worden niet veroorzaakt door slechte of overmatige beweging als jonge hond. Het is de meest voorkomende afwijking bij de Franse Bulldog.
Hemivertebrae kunnen als een enkele afwijkende wervel voorkomen, maar vaak worden er meerdere hemivertebrae naast elkaar gezien. Ze worden het vaakst gezien in het midden van de borst (T7-T9), daarna in het eind van de borst (T10-13). Maar daar zijn helaas geen uitgebreide onderzoeken naar gedaan bij de Franse Bulldog.
Symptomen:
Hoewel de meeste honden met hemivertebrae geen klinische symptomen tonen worden er wel vaker neurologische klachten gezien bij deze honden. (hernia’s)
Deze zijn te herkennen aan pijn, slechte aansturing in de achterhand (onstabiele gang) en zelfs verlamming. Soms heeft de verlamming zelfs effect op de blaas en op de anus, dan volgt incontinentie. Deze symptomen worden vaak gezien vanaf een leeftijd van 6 maanden tot 1,5 jaar en daarna verergeren de klachten langzaam over een paar maanden.
Belangrijk: Honden die symptomen hebben als verlamming zouden zo snel mogelijk naar een dierenarts moeten! Hoe langer de verlamming duurt hoe groter de kans dat het onomkeerbaar wordt.
Behandeling:
De behandeling hangt af van de bevindingen tijdens het lichamelijk onderzoek. Als er nog maar weinig klachten zijn kan er met medicatie al veel klachten verholpen worden. Als er geen verbetering optreedt of de symptomen worden erger, is er snel een operatie nodig. Het type operatie hangt af van in hoeverre de zenuwbaan bekneld zit.
Prognose:
De prognose varieert, afhankelijk van de ernst van de klachten en hoe lang ze al aanwezig zijn.
Voorkoming:
Voor de gezondheid van het ras en voor het welzijn van de honden is het nodig om een goede selectie in ouderdieren te maken. We moeten deze afwijkingen zo veel mogelijk proberen te voorkomen. Dit kunnen we door van röntgenfoto’s te maken voordat honden ingezet worden voor de fok al goed ondervangen. Fokkers en rasverenigingen zijn degene waarvan verwacht word dat deze het beste met de gezondheid van het ras voor hebben, en hiernaar moeten ze ook handelen!
Heupdysplasie
Heupdysplasie (HD) is één van de bekendste skeletaandoeningen bij de hond. Elke hond kan er last van krijgen, kruising of rashond. Bij HD zijn de heupkom en/of de heupkop afwijkend. Door belasting word de afwijking erger, en het proces is niet omkeerbaar. De vererving van HD is helaas niet simpel, er spelen meerdere factoren mee zoals omgeving, gewicht van de hond, erfelijkheid, gladde vloeren of te veel belasting. Er bestaat geen DNA test voor, dus een hond met perfecte heupen kan wel drager zijn van HD. Dat maakt vermijden van de ziekte lastig
In het ras Franse Bulldog komt vaak HD voor. De ziekte is door de grootte van de honden en hun sterke bespiering alleen niet altijd zichtbaar. Pas wanneer de HD echt ernstig word, kan men niet meer om de symptomen heen. Met een stabiele rug en gemiddelde HD laat een Franse bulldog vaak nog geen klachten zien. Dit komt doordat de ‘aandrijving’ bij een Franse Bulldog veel meer gefocust is op de voorpoten.
Natuurlijk is het onacceptabel om HD te negeren omdat de Franse Bulldog het compenseert met de grote spiermassa.
HD in combinatie met een zwakke rug kan grote gevolgen hebben. Beiden versterken elkaar, omdat als het ene zwak is, het meer steunt vraagt van het ander.
De meeste rasverenigingen vragen niet om HD foto’s of officiële HD uitslagen, dus het is lastig om een rasgemiddelde vast te stellen. Er zijn wel wat publicaties van HD uitslagen bij de Franse Bulldog. Deze tonen aan dat een ‘HD vrij’ uitslag vrij zeldzaam is. Het gemiddelde ligt ruwweg op de overgangsvorm, HD B, of lichte HD (HD C).
De classificaties binnen Europa zijn als volgt:
HD A betekent dat de hond röntgenologisch vrij is van heupdysplasie, wat echter niet betekent dat de hond geen “drager” van de afwijking kan zijn.
HD B (=overgangsvorm) betekent dat op de röntgenfoto’s geringe veranderingen zijn gevonden, die weliswaar toegeschreven moeten worden aan heupdysplasie, maar waaraan in het kader van de fokkerij geen direkte betekenis kan worden toegekend.
HD C (=licht positief) of HD D (=positief) betekent dat bij de hond duidelijke veranderingen, passend in het ziektebeeld van HD zijn gevonden.
Wanneer de heupgewrichten ernstig misvormd zijn wordt dit aangegeven met HD E (=positief in optima forma).
Een gezonde heup bestaat uit ronde heupkoppen welke stevig in de heupkommen passen. Het dijbeen is recht en niet te dik.
Hieronder zie je een röntgenfoto van een gemiddeld HD in een Franse Bulldog. De heupkoppen zijn afgeplat, niet rond en niet duidelijk te onderscheiden. Ook zitten ze erg los in de heupkom, dit betekent dat door belasting artrose zal vormen.
Er zijn ook tragische gevallen van zware HD te vinden binnen de Franse Bulldog. De hond hieronder heeft luxerende heupen, in de heupkommen zie je een wittere rand, dit is artrose. De hond vertoont ook afwijkingen tijdens het lopen. Deze hond was 2 jaar toen de foto genomen werd.
Verbetering van HD problemen heeft veel controle nodig op de lange termijn, en gebruik van HD-vrije honden, maar bij de selectie van fokdieren bij de Franse Bulldog is het belangrijkst om te zorgen dat het BOS syndroom zo veel mogelijk uitgebannen word. Ook zijn problemen in de wervelkolom erg belangrijk om verbetering in te krijgen.
Fokdieren met het hele pakket, gezonde ademhaling, gezonde wervelkolom en goede heupen zijn erg zeldzaam. Het is dan belangrijk om afwegingen te maken, omdat we ook niet te veel honden kunnen uitsluiten voor de fok. Dan word de genetische diversiteit dramatisch. Natuurlijk moet het doel blijven om een gezonde Franse Bulldog te fokken.
Helaas is de interesse hierin bij veel fokkers en rasverenigingen schokkend laag. Controles uitgevoerd bij de volgende generatie zijn dan ook erg belangrijk om afwijkingen te verbeteren. Als er al onderzoeken plaatsvinden, is de ervaring vaak dat slechte gezondheidsresultaten genegeerd worden.
Acceptatie en ontkenning voor de aanwezigheid van afwijkingen is het slechtste wat een ras kan overkomen!
Een kort overzicht van een Finse database leert ons hoe weinig Franse Bulldoggen officieel onderzocht worden. Ook zien we hoe veel HD B of HD C beoordelingen gegeven worden, tegenover erg weinig HD A beoordelingen.
Hieronder zie je een röntgenfoto van een hond die op jonge leeftijd een heupoperatie moest ondergaan. De hond had ernstig misvormde heupen.
De OFA (Amerikaanse registratie voor gezondheidsonderzoeken) heeft bijna alle hondenrassen geëvalueerd en in een ranking lijst gezet. De eerste plaats heeft het meest HD, de laatste plaats het minst. Van de 173 rassen staat de Franse Bulldog op plaats 21!
Ingegroeide Staart
De FCI rasstandaard zegt het volgende over de staart van de Franse Bulldog:
STAART: van nature kort, idealiter lang genoeg om de anus te bedekken, laag aangezet, vrij recht dik aan de basis en smal toelopend naar de punt. Een “geknakte”,”geknoopte” , “gebroken” of een relatief lange staart niet verder reikend dan de hak is toegestaan. De staart dient laag te worden gedragen. Zelfs in actie moet hij onder een horizontale lijn blijven.
De rasstandaard tolereert een lange staart die reikt tot de hak. Dat is vaak meer uitzondering als regel. Vaak zien we kurkentrekker staarten die met wat geluk niet in de billen van de hond prikken.
Een ingegroeide staart, of zelfs een staart die strak tegen de billen ligt, kan flinke problemen veroorzaken. Dagelijks moet eronder schoongemaakt worden, anders gaat het gebied eronder smetten. Soms is er zelfs een staartamputatie nodig.
In 2004 is de rasstandaard van de Engelse Bulldog veranderd. Een ingegroeide staart word nu gezien als een diskwalificerende fout. Dat is al een stap in de goede richting! Helaas zien we bij de Franse Bulldog nog heel vaak een ingegroeide staart, waar de rasstandaard vraagt om een gebroken, geknoopte of geknakte staart gevraagd word.
Aan de buitenkant is niet altijd duidelijk hoe zeer een ingegroeide staart doet. Hieronder zie je een afbeelding wat al veel duidelijk maakt.
Helaas is het voor eigenaren niet altijd duidelijk dat de hond lijdt, pas als er grote problemen ontstaan word het vaak pas opgemerkt. Ook dierenartsen zien duidelijk verschil in anaalklierproblemen en parasieten die zich er graag verstoppen bij een hond met een ingegroeide staart.
Al te vaak heb ik Franse Bulldogs gezien met open wonden en flinke ontstekingen, goed verborgen door een onbeweegbare staart. Soms zitten er naast pus ook maden onder verstopt!
Een fokker zou deze problemen moeten willen voorkomen. Dit kan door te streven naar Franse Bulldoggen met een staart welke beweegbaar is, zoals de hond op de foto hieronder. In elk geval zou de staart idealiter niet tegen de billen geplakt moeten zitten.
Kissing Spines
Kissing Spines, oftewel ‘Kussende Wervels’. Het is een aandoening die regelmatig bij de Franse Bulldog voorkomt.
Vaak zien we Kissing Spines in het laatste helft van de thoraxwervels. Vaak worden ze bij toeval opgemerkt tijdens een röntgenfoto. Kissing Spines is vaak een proces wat verergerd kan worden door ontstekingen. Hierdoor groeien de uitsteeksels nog verder aan elkaar vast. We zien dat de meeste Franse Bulldoggen geen pijn tonen aan de Kissing Spines. Dit betekent overigens niet dat het geen zeer doet! Deze pijn is vergelijkbaar met de pijn die een hond voelt bij spondylose. Franse Buldoggen zijn sterren in het verbergen van lichamelijke ongemakken.
Kissing Spines zijn erfelijk!
Als de hond pijn toont, laat een röntgenfoto maken van de rug. Met een operatie kunnen de uitsteeksels eraf gehaald worden. Als de aandoening te lang onbehandeld blijft kan het verlamming tot gevolg hebben.
Patella Luxatie
De patella, oftewel knieschijf, ligt normaal gesproken in een groef aan het eind van het dijbeen (femur). De term luxatie betekent ‘niet op zijn plaats’of ‘ontwricht’. Patella Luxatie is dus een knieschijf die niet op zijn plek zit. Vaak schiet de patella snel weer terug de groef in bij beweging.
De meeste mensen hebben het wel eens gezien; een klein hondje wat soms een ‘hupje’ maakt met 1 van de achterpoten. Het ziet er soms best grappig uit, maar het kan pijnlijker zijn als dat het lijkt. Het ‘hupje’ is typerend voor Patella Luxatie.
De patella is bedoeld om in een groef te schuiven (op de afbeeldingen de Trochlear Groove) aan het einde van het dijbeen. De patella werkt als een soort katrol tijdens het lopen. Het creëert een hefboomeffect.
Als de patella niet goed functioneert krijgt de hond klachten. De knie word vaak dik en de hond kan een tijdje op 3 poten lopen tot de patella vanzelf weer in de groef terug schiet. Soms duurt dit 1 seconde, maar soms gaat het nooit over.
Aan de bovenkant van de patella zit een ligament. Dit ligament houdt de patella op zijn plaats aan de grote dijbeenspieren. Aan de onderkant zit ook een ligament, dit staat in verbinding met het scheenbeen (tibia). Deze ligamenten helpen om de patella in de groef te houden.
De patella kan 2 kanten op luxeren, naar de binnenkant of naar de buitenkant van de knie. Bij kleinere honden komt de luxatie richting de binnenkant het vaakst voor, dus de patella schiet richting de andere poot. De knie zelf draait dan iets van het lichaam af.
De helft van de honden met Patella Luxatie hebben de aandoening in beide knieën. Als het onbehandeld blijft kan Patella Luxatie tot pijn leiden.
De hond staat normaal gesproken met een flink gewicht op de poot. Door pijn gaat de hond de poot ontlasten. Hierdoor word de hele balans verstoord, de heupen, rug en de andere achterpoten moeten meer gewicht dragen. Dit kan leiden tot artrose.
Er zijn 4 gradaties van Patella Luxatie. Ze zijn door een dierenarts goed te onderscheiden.
Patella vrij: De knieschijf vertoont een volkomen normale beweeglijkheid
Graad 1: er bestaat een zgn. “luxabele patella”. Dit wil zeggen, dat door manipuleren aan patella en/of draaien aan het scheenbeen, de patella uit de groef gedrukt kan worden of er spontaan uit schiet. Wanneer de poot weer in de normale stand staat schiet de knieschijf vanzelf weer terug. Bij deze bevinding heeft de hond er nooit hinder van ondervonden en zal er ook nooit hinder van ondervinden in de toekomst.
Graad 2: tijdens staan, lopen of spelen zal de patella incidenteel of regelmatig spontaan uit de groef schieten en een kreupelheid veroorzaken. Dit is dus een (lichte) klinische vorm van Patella Luxatie. Sommige honden “zetten” de knieschijf zelf weer op de plaats door de poot naar achteren te strekken. Door het regelmatig op en af schieten van de knieschijf ontstaan kraakbeendeformiteiten, artrose en afvlakking van de kraakbeensleuf.
Graad 3 en 4: Hier is de patella permanent van zijn plaats en de kraakbeensleuf is afgevlakt of schuin aflopend. Het is natuurlijk zeer belangrijk voor de inventarisatie in het ras, dat van dergelijke dieren toch de bevindingen (en de stamboom) ter beschikking komen voor archivering!
Geopereerd: het gaat hier om dieren met Patella Luxaties graad 2, 3 of 4, die reeds een operatie achter de rug hebben. Ook van deze groep is het cruciaal de gegevens te kunnen documenteren.
Als de Patella Luxatie onbehandeld blijft gaan de patella en de groef ontsteken. Ook vlakt de groef steeds meer af, de patella kan dan nog makkelijker luxeren. Ook de ligamenten worden uitgerekt. Ook ontstaat er artrose.
Wat veroorzaakt Patella Luxatie?
Genen spelen een grote rol in het ontstaan van Patella Luxatie. Het is dus belangrijk dat de ouderdieren hierop onderzocht worden. Ook zijn kleinere rassen er gevoeliger voor. Patella Luxatie kan ook komen door trauma.
De afwijkingen die Patella Luxatie veroorzaken: Ten eerste, en het meest voorkomend, is een zwak of uitgerekt ligament. De hond word hiermee geboren. Vaak is er met dit probleem Patella Luxatie in beide knieën aanwezig.
Ten tweede is de groef te ondiep. Om ervoor te zorgen dat de patella netjes in de groef blijft moet deze diep genoeg zijn dat de patella er niet zomaar uit kan schieten. Sommige honden worden geboren met een abnormaal ondiepe groef,
De derde oorzaak kan zijn dat het onderste ligament verkeerd aan het scheenbeen vast zit, namelijk te ver naar de binnenkant. Deze oorzaak word vaak gezien bij rassen met extreem korte pootjes, zoals Teckels. Soms komt dit nog goed met opgroeien.
Diagnose
Franse bulldoggen zijn over het algemeen erg hard voor zichzelf. Ze laten pijn slecht zien. Helaas is een luxerende patella niet iets wat je makkelijk kunt verbergen. Ze manken met 1 achterpoot, geven soms gilletjes van pijn tijdens het rennen. Soms kun je zelfs plopgeluiden horen vlakbij het kniegebied. Als je deze symptomen herkent, ga dan naar de dierenarts. Tijdens een normaal consult valt vaak al vast te stellen of er sprake is van Patella Luxatie. Vaak neemt de dierenarts nog röntgenfoto’s om te kijken of er verdere schade is aangericht.
Behandeling
Bij Patella Luxatie is een operatie nodig. Het is de enige manier om dit probleem te verhelpen. Niet elke graad Patella Luxatie heeft een operatie nodig, vaak bij graad 1 en 2 kunnen dieren prima zonder operatie. Wel zullen ze soms een hupje hebben tijdens het lopen.
Voor elke hond met Patella Luxatie is het belangrijk dat er geen overgewicht ontstaat. Extra gewicht op de heupen en knieën zorgen voor een hogere belasting.
Spondylose
Spondylose is een degeneratieve aandoening in de wervelkolom. Spondylose zijn ‘bruggetjes’ tussen ruggewervels. Deze kunnen aan de boven- en onderkant van de wervel voorkomen. Mettertijd wordt hierdoor de hele wervelkolom verstijfd en vast. Spondylose is erfelijk!!
Mijn dank gaat uit naar Claudia Fuhrmann van gesunde-bulldoggen.de voor het ter beschikking stellen van veel informatie en foto’s op deze pagina!