Voeding
Wij voeren BARF
Zowel onze volwassen honden als onze puppy’s worden gevoerd met zelf samengestelde, rauwe voeding. Ook wel BARF genoemd. Dit houdt in dat wij ze rauwe, geschikte vleesbotten, spiervlees, orgaanvlees, groentenmixen en diverse extra’s zoals rauwe eieren en rauwe vette vis voeren. Wanneer onze puppy’s 4 weken oud zijn, worden zij afgespeend met vleesbot, vlees, orgaanvlees en een paar weken later ook groenten. Mensen die bij ons een puppy kopen, raden wij aan om verse rauwe voeding te blijven voeren. Dit kan ook in kant en klare vorm, ook wel KVV genoemd. Dit zijn rollen gemalen vleesbot, vlees en orgaanvlees die in de vriezer bewaard worden. Mensen die graag de voeding zelf willen samenstellen en daar geen ervaring mee hebben, begeleiden wij met liefde!
Wat is dat, BARF?
BARF is de afkorting voor “Bones and Raw Food” of “Biologically Appropriate Raw Food”. Het is een kreet die min of meer gelanceerd is door de Australische dierenarts Ian Billinghurst, schrijver van onder andere het boek “Give Your Dog a Bone”. In Nederland gebruiken wij de term BARF voor het zelf samenstellen van rauwe, verse voeding voor de hond. Zo voeren we onze honden met geschikte rauwe vleesbotten, rauw vlees, rauw orgaanvlees, rauwe gepureerde groentes, eventueel gezonde tafelrestjes en extra’s.
Het is helemaal weggeweest, maar begin jaren ’90 werd het zelf samenstellen van voeding voor de hond “opnieuw uitgevonden”. “Vroeger” maakten iedereen het hondenvoer zelf. Veel hondjes kregen louter tafelrestjes, maar ook toen maakte veel hondeneigenaren een complete studie van hondenvoeding. We zien dat bijvoorbeeld in bijzonder leuke en interessante oude boekjes van Prof. Dr. W.F. Donath (die later Donatin hielp ontwikkelen) en de boeken van Ir. Nic. Dhont. Commerciële voeding (in de vorm van brokjes en blikvoeding) deed nog niet zo gek lang geleden zijn intreden. Dat is pas een jaar of 70 geleden. Daarvoor voerde de mens de hond ook gewoon zelf. Nadat de brok zijn intreden deed, stapte iedereen gemakshalve over op dit fabrieksvoer. Lekker schoon en lekker makkelijk. Maar langzamerhand komt men daar wel een beetje van terug. En vragen steeds meer mensen zich af of dat nou allemaal wel zo gezond is, dat droge fabrieksvoer. Bovendien zitten er vele voordelen aan het zelf samenstellen van voeding. Allereerst beleeft de hond veel plezier aan het eten. En met het eten van vleesbotten en grote lappen vlees moet hij zijn kaken weer gebruiken waarvoor ze bedoeld zijn! Niet alleen geniet de hond daarvan, nog belangrijker is dat zijn tanden en kiezen schoon blijven. Bovendien weet je exact wat je hond eet, en kun je de voedingsbehoefte per hond aanpassen.
En iedereen kan het leren, het zelf samenstellen. Je moet wel weten wat je doet, wat je moet geven, waarom je het moet geven en hoe je het moet geven. Maar je hoeft geen raketgeleerde te zijn om het te kunnen leren.
Zelfsamengestelde voeding volgens de BARF methode bestaat uit 40% a 50% vleesbotten, 15% a 20% orgaanvlees (inclusief pens), 5% a 15% rauwe gepureerde groentes en de rest spiervlees, vis, zuivel, gezonde tafelrestjes en eventueel voedingssupplementen. Deze percentages hoef je niet iedere dag aan je hond te geven. Want bij BARF is het niet de bedoeling dat je iedere dag een complete maaltijd voorschotelt. Een wolf eet niet iedere dag compleet, een hond hoeft ook niet iedere dag compleet te eten. Wat belangrijk is, is dat de hond gedurende een of twee weken alle hierboven beschreven voedingsmiddelen in deze percentages binnen krijgt. Bij het zelf samenstellen is het wel belangrijk dat er voldoende afgewisseld wordt met vlees en diersoorten. Om alle vitamines en mineralen binnen te krijgen, is afwisseling essentieel en is het de bedoeling dat je tenminste 4 verschillende diersoorten aan je hond voert. Je moet daarbij denken aan bijvoorbeeld een combinatie van kip, rund, lam en vis. Of kip, rund, geit en eend. Meer diersoorten mag wel, minder is onverstandig. Alle vlees en diersoorten bevatten andere vitamines en mineralen en door een goede afwisseling aan te bieden, ben je verzekerd dat je hond van alles voldoende binnen krijgt.
Waarom eigenlijk rauw vlees?
Heel simpel. Een hond is een vleeseter oftewel carnivoor. Overigens is een hond natuurlijk ook een “vieze eter”. Als hij de kans krijgt eet hij lijkjes van konijnen en vogels, eet hij grassen, wortelen en bessen en aarde en hout. En als hij de kans krijgt, vreet hij onze vuilnisbakken leeg… Een hond kan zelfs overleven op een 100% vegetarisch menu. In feite lijkt de hond dus niet erg kritisch te zijn in wat hij eet. Om te overleven eet hij alles. Daarom is het ook zo’n succesvol dier en heeft hij de afgelopen miljoenen jaren met gemak overleeft op deze planeet. Maar dat wil niet zeggen dat de basis veranderd is. De hond is een carnivoor. En hij eet, als het moet, alles. Maar zijn wezen is carnivoor. En een carnivoor eet zijn vlees rauw. Het koken van vlees is een verzinsel van de mens, niet van de hond en niet van de wolf. En er zijn goede redenen om het vlees niet te koken. Door het koken van vlees veranderd de structuur van het eiwit. Ook veranderd de structuur van de vitamines, mineralen en vetten. Sommige voedingsstoffen worden door het koken van het vlees makkelijker opneembaar, maar de meeste voedingsstoffen worden echter voor de hond veel moeilijker opneembaar. Vetten kunnen door verhitting zelfs schadelijk worden. En eiwitten in vlees kunnen in gekookte vorm zelfs allergieen veroorzaken. In rauwe vorm veroorzaken ze dit niet. Veel honden die “allergisch” zijn voor kip in brokken, kunnen prima tegen rauwe kip. Niet alleen veranderd de structuur door het koken van het vlees, sommige stoffen gaan ronduit verloren. Heel veel voedingsstoffen verdwijnen simpelweg door het koken. Bepaalde vitamines doorstaan het kookproces niet en verdwijnen. Ook enzymen overleven het kookproces niet. En juist ook deze vitamines en enzymen zijn zo belangrijk voor de gezondheid van de hond.
Iets meer over enzymen. Enzymen zijn sterk gespecialiseerde eiwitmoleculen die gevormd worden uit aminozuren. Ze worden aangemaakt door alle levende organismen. Ze treden op als katalysator bij veel bio-chemische processen. Bekende processen zijn onder andere vergisting van suiker in koolzuurgas, het bereiden van kaas, het gistproces van brood. Enzovoorts. Wanneer voedsel ongekookt is, bevat het dus actieve enzymen. Wanneer je voedsel op 70 graden (of meer) verhit, worden de waardevolle enzymen vernietigt.
Niet alleen enzymen sterven wanneer je voedingsstoffen verhit, ook bacteriën. Nu denken wij dat alle bacteriën schadelijk zijn, maar niets is minder waar. Naast bacteriën waar je ziek van kunt worden wanneer je immuunsysteem niet goed werkt of je teveel bacteriën binnen krijgt, zijn er ook gunstige of goede bacteriën. Pens bevat een scala van deze goede bacteriën. Deze goede bacteriën produceren weer vitamines, ze houden de darm actief, ze verbeteren de opname van voedingsstoffen zoals bijvoorbeeld calcium en ze remmen de groei van ongunstige bacteriën.
En aangezien de wolf al miljoenen jaren floreert op rauw vlees, de hond afstamt van de wolf (of in ieder geval zeer nauw verwant is aan de wolf – genetisch onderzoek heeft aangetoond dat het mitochondriaal DNA van de hond nagenoeg identiek is aan die van de wolf. Het verschil is 0.2%), is er geen enkele reden om aan te nemen dat wij het vlees voor onze honden zouden moeten koken. Er wordt wel eens gesuggereerd, door mensen die anti-vers/rauw zijn, dat de hond al lang gedomesticeerd is, door evolutie niet meer van de wolf afstamt en geen rauwe voeding meer zou mogen eten. Misschien moeten deze mensen zich bedenken dat brokken nog geen 100 jaar bestaan, honden daarvoor ook met rauwe slachtafvallen gevoerd werden en zo’n enorme evolutie niet plaatst vindt in een tijdsbestek van nog geen 100 jaar. Het binnenwerk van de hond is nog steeds vrijwel identiek aan die van de wolf.
En ja, er zijn altijd honden die dermate doorgefokt zijn dat zij geen rauw vlees kunnen verdragen. Ik heb de afgelopen 15 jaar vier honden gekend. Deze honden konden geen enkel rauw vlees verdragen. Deze mensen kwamen erachter omdat zij hun hond over wilde schakelde op een gezondere voeding. Zouden zij deze poging niet hebben gewaagd, zouden ze niet hebben geweten dat hun hond niet meer in staat was om rauw vlees te verteren en zouden ze er mogelijk mee hebben gefokt. Je moet toch niet aan de rampzalige gevolgen denken van het fokken met honden die niet eens meer kunnen eten zoals de natuur het bedoeld heeft? Wolven zouden zo’n afwijking niet overleeft hebben. En zo lost de natuur dit soort problemen op en houdt de natuur de natuur sterk. Natuurlijk laten wij geen honden dood gaan omdat ze geen rauw vlees kunnen verteren. Maar verder fokken met deze honden zou verboden moeten worden! Reden te meer trouwens om vooral pups aan te schaffen die gefokt zijn door fokkers die vers voeren.
De voordelen van een rauwe, verse voeding op een rijtje.
De grootste voordelen van een rauwe voeding, bestaande uit rauwe botten, rauw vlees en rauwe groente (en meer) zijn:
• Het gebit van de hond blijft schoon. Door het kluiven aan vleesbotten en het rukken en sleuren aan vlees. Zo voorkom je tandsteen, tandvlees ontsteking en het uitvallen van gebitselementen. Bovendien heeft vlees de juiste pH waarde (zuurgraad) waardoor er minder snel plak en tandsteen ontstaat. Tandplak leidt tot tandsteen, tandsteen leidt tot tandvleesontstekingen en tandvleesontstekingen kunnen weer leiden tot uitval van gebitselementen maar kunnen zelfs ernstige schade toebrengen aan organen als nieren, lever en hart.
• Een natuurlijke voeding bevat natuurlijke vitamine en mineralen die makkelijk door het hondenlichaam opgenomen kunnen worden. Ze blijven daardoor in topconditie!
• Honden beleven veel plezier aan het eten van rauwe verse voeding. Persoonlijk moet ik de eerste hond nog tegen komen die rauwe, verse voeding weigert.
• Allergieproblemen behoren (in de meeste gevallen) snel tot het verleden.
• Het bevorderd de gezondheid van de hond. Zij krijgen een sterk afweersysteem tegen ziektes en parasieten, een goede opbouw van het skelet, gezonde organen, geen overbelasting van organen door chemische stoffen of de verkeerde (plantaardige) eiwitten.
• Diverse onderzoeken hebben uitgewezen dat honden gevoerd met een rauwe, natuurlijke voeding 3 tot 5 jaar langer leven.
• Pups groeien over het algemeen zonder groeipijnen op. Ze groeien een fractie minder snel uit, zwaren pas op latere leeftijd uit en groeien gelijkmatig op, zonder extreme groeispurts. Een vriendin van mij zegt altijd “zelf bereid kost even tijd”. Dat geldt niet alleen voor het klaarmaken van de voeding, ook voor het opgroeien van de pups.
• Hoewel het wel of niet ontstaan van HD, ED en LPC niet 100% voedingsgerelateerd kan zijn, zien we minder skeletproblemen bij versgevoerde puppies dan bij hun brokkenbroertjes en zusjes.
• Versgevoerde honden stinken niet. Niet alleen stinken ze niet uit hun bek, ze stinken ook niet uit hun vacht. Je komt wel eens honden tegen die je van meters afstand ruikt. Die eten geen verse, rauwe voeding!
• Omdat verse, rauwe voeding geen onnodige ballaststoffen bevat (onnatuurlijke, chemische conserveringsmiddelen bijvoorbeeld. Of vulstoffen. Of bietenpulp. Of de verkeerde eiwitten), wordt het lichaam minder zwaar belast. Honden die rauwe verse voeding eten, krijgen minder vaak last van lever en nierproblemen.
• Omdat verse, rauwe voeding geen kunstmatige geur, kleur en smaakstoffen bevat en omdat het geen andere onnodige ballaststoffen bevat, ontwikkeld het gedrag van honden zich op rauwe voeding altijd positief. Zeer drukke honden (de zogenaamde ADHD honden) worden rustiger en de slome honden krijgen meer energie.
• Vers, rauw gevoerde honden zijn, zoals ik dat wel eens noem “strak in het pak”. Ik bedoel daarmee is dat rauw gevoerde honden zelden te dik zijn en een prachtig, krachtig gespierd lijf hebben.Ze moeten natuurlijk ook voldoende beweging krijgen om een krachtig gespierd lijf te hebben, maar je kunt het verschil zien tussen honden die evenveel bewegen en brokken of vers, rauw eten. Honden die vers en rauw eten zijn strakker gespierd. Minder papperig. Hebben mooie krachtige spieren en zitten strakker in het vel. En je ziet dit verschil al bij puppy’s van 5 weken!
Geschikte rauwe vleesbotten:
Als we praten over geschikte rauwe vleesbotten, dan moet je daarbij denken aan kippennekken en eendennekken voor de beginnende BARF hond. Daarna kunnen ook kippenvleugels, kippenkarkassen, parelhoenkarkassen, hele konijnen, konijnkarkassen, eendkarkassen etc. gegeven worden. Dat zijn de vleesbotten van de zogenaamde ‘kleinere prooidieren’. Veel mensen schrikken wanneer ze lezen dat barfers hun honden kippenbotjes geven. We hebben immers geleerd dat deze botjes scherp zijn, splinteren en het spijsverteringskanaal beschadigen. Dit is een misvatting. Kippenbotjes zijn ongekookt juist zacht en flexibel en worden goed verteerd. Gekookt zijn ze inderdaad gevaarlijk. Als de vleesbotjes van kleine dieren goed verteerd worden, dan kunnen vleesbotten zoals lamnekken, geitenribben en kalfswervels gegeven worden. De vleesbotten van de zogenaamde ‘grotere prooidieren’. Bouw het eten van botten langzaam op want de hond moet de gelegenheid krijgen om er aan te wennen.
Bij het eten van vleesbotten moeten de volgende punten in acht worden genomen:
• Allereerst worden er nooit gekookte botten gegeven! Gekookte botten veranderen van structuur, ze worden hard en gaan splinteren. Gekookte botten kunnen het gebit beschadigen, het spijsverteringskanaal beschadigen en bovendien verteert gekookt bot heel slecht.
• Voer nooit vleesbotten tegelijkertijd met brokjes of blikvoeding. Door de koolhydraten die in brokjes en blikvoeding zitten, wordt het maagzuur minder zuur. En vleesbot heeft juist zuur maagzuur nodig om het bot goed te kunnen verteren.
• Voer geen kale botten (zonder vlees), zeker niet zonder daar een flink portie spiervlees of pens bij te geven.
• Voer geen botten van dragende delen zoals enkels en knieen en poten van ‘grote prooidieren’. Deze botten zijn echt te hard. Dragende delen van ‘kleine prooidieren’ kunnen wel weer aan de gevorderde barf-hond gegeven worden.
• Tenslotte, voer geen botten van grote oudere dieren. Deze zijn te hard, de botten verteren slecht en ze zijn derhalve ongeschikt. Er worden dus wel lamsbotten gevoerd maar geen schapenbotten. En wel kalfsbotten maar geen runderbotten.
Spiervlees:
Spiervlees is het vlees dat voor beweging van het dier heeft gezorgd. Kopvlees valt ook onder spiervlees. Maar ook stukken vlees die de slager ongeschikt vindt voor menselijke consumptie omdat er veel zenen of pezen in zitten: dat vlees is uitstekend geschikt voor de hond.
Orgaanvlees:
Orgaanvlees noemen we bij het zelf samenstellen al het vlees dat niet wordt gebruikt voor het voorbewegen van het lichaam en dus geen spiervlees is. Voorbeelden zijn hart, lever, nier, pens, hersenen, milt, etc. Een hond heeft een combinatie van diverse soorten orgaanvlees nodig. Dus voer niet alleen hart of alleen lever of alleen pens, maar voer gedurende de week zowel hart als lever als pens.
Groente:
Een hond is zelf niet in staat de celwanden van planten af te breken. En dus moeten we de celwanden kapot maken. Dit doen we door de groente rauw te pureren of door de groente te koken. De hond is beslist in staat om voedingsstoffen uit gepureerde of gekookte groente te halen en een klein percentage groente verhoogd de gezondheid. Het levert vetzuren, vitamines en mineralen, sporenelementen en chlorofyl. Voer geen prei en ui want deze zijn licht giftig voor de hond.
Vis:
Een hond is er bij gebaat om voedingsmiddelen binnen te krijgen die rijk zijn aan omega 3 vetzuren. De beste leverancier van omega 3 vetzuur is vette vis zoals zalm, makreel, sardientjes, haring, forel. Als de hond het lust, dan is een keer per week vette vis op het menu beslist aan te bevelen.
Gezonde tafelrestjes en extra’s:
Gezonde tafelrestjes mogen in kleine hoeveelheden aan de hond worden gegeven. Extraatjes zoals een paar rauwe eitjes per week, een schepje zuivel en rauwe nootjes of zaadjes (geen macademia’s, deze zijn giftig voor de hond!) zijn prima om in kleine hoeveelheden aan de hond te geven. Hij haalt daar weer extra voedingsstoffen uit.
Voedingssupplementen:
Het wel of niet geven van voedingssupplementen hangt af van de situatie en de individuele hond. Zo kan een hond die geen vette vis lust baat hebben bij visolie capsules. En zo kan aan een hond met een verminderde weerstand tijdelijk vitamine C gegeven worden. Maar hier zijn geen strikte wetten en regels voor. In principe bevat een goed afwisselend menu voldoende vitamine en mineralen en is het geven van voedingssupplementen niet noodzakelijk.
Noot: geef geen rauw varkensvlees aan de hond. Er is een (een zeer geringe) kans dat een hond besmet raakt met de ziekte van Aujeszky, Deze ziekte is absoluut dodelijk voor de hond en er is geen genezing mogelijk.
Wanneer je de voorgeschreven percentages voert, wanneer je een uitgebreid pakket geeft van verschillende vleesbot, vlees, orgaanvleessoorten en groentesoorten voert: dan kan er gewoon niets mis gaan! En blijft je hond uitermate energiek en gezond.
Een grote angst die mensen hebben voor het zelf samenstellen van voeding is de calcium/fosfor verhouding. Maar dat is nou het mooie van het voeren van rauwe vleesbotten. Rauwe vleesbotten bevatten van nature de juiste calcium/fosfor verhouding. Zoals de natuur het bedoeld heeft. En zelfs wanneer je een grote hoeveelheid vleesbot zou voeren, zal de hond een teveel aan calcium (en dat geldt ook voor pups) eenvoudigweg uitscheiden via de ontlasting. Dat in tegenstelling tot alle andere onnatuurlijke calciumbronnen.
Wanneer mensen zelf voeding voor de hond willen gaan maken doen ze er verstandig aan eerst wat boeken over het onderwerp te lezen of zich op het Internet te gaan verdiepen in het onderwerp BARF (op Internet is een schat aan informatie te vinden). Dit artikel alleen is niet voldoende om de overstap te maken. Ook moet de hond voorzichtig overgeschakeld worden van een steriele commerciële voeding naar BARF. En deze overschakeling moet met beleid uitgevoerd worden, want een hond die een levenlang steriele voeding heeft gegeten is niet in staat om direct allerlei vleesbotten te verteren.
Alle informatie over het voeren van BARF kun je vinden op het gratis Internet forum: www.barfplaats.nl. Je kunt er leren hoe je op verantwoorde wijze over kunt stappen naar zelf samengestelde voeding en je kunt er al je vragen stellen.
© 2008 Lizzy Plat-Coelers.